KID-behandelingen voor vrouwen zonder mannelijke partner worden per 1 januari 2020 vergoed vanuit een nieuwe regeling: de Subsidieregeling kunstmatige inseminatie met donorsemen. Dat is goed nieuws na een jaar waarin deze vergoeding ter discussie werd gesteld.
20 jaar terug in de tijd
Het niet meer vergoeden van KID-behandelingen voor single en lesbische vrouwen is in strijd met staand beleid en zet ons 20 jaar terug in de tijd.
Niemand droomt ervan om via Kunstmatige inseminatie met donorsperma (KID) een kind te krijgen. Vrouwen met een onvruchtbare partner niet, vrouwen in een lesbische relatie niet en alleenstaande vrouwen niet. Toch willen het Zorginstituut en Minister Bruins (Medische Zorg, VVD) KID behandelingen voor die laatste twee groepen niet meer vergoeden vanuit de basisverzekering. Hiermee wordt staand beleid onderuit gehaald, en zijn we terug bij af.
Donorkeuze: een kwestie van vertrouwen
Een kind krijgen doe je niet alleen. Ook niet als je uiteindelijk voor solomoederschap kiest. Los van een goed netwerk (‘it takes a village to raise a child…’) is er ook een man nodig om het benodigde zaad te leveren voor een bevruchting.
Een donor van de spermabank voelt voor veel vrouwen veiliger dan zelf een donor zoeken. Toch is het in beide gevallen een kwestie van vertrouwen.
Niet alleen maar leuk
De Vlaamse journaliste en columniste Lotte Debrouwere koos er drie jaar geleden voor om alleen een kind op de wereld te zetten. Het leven met een vikingdochter, die moeiteloos switcht tussen schattige prinses en kleine dictator, blijkt net iets minder rooskleurig dan gedacht.
Ze schreef er een boekje over: Slaap kindje slaap verdomme.
Fictieve singles met een kinderwens
Al een paar jaar geleden las ik twee boeken van Ciel van Sambeek. Boeken waarin vrouwen in hun eentje voor het moederschap kiezen. Geen hoogstaande literatuur, ik werd getriggerd door het thema.
Er zijn bij mijn weten nauwelijks tot geen (Nederlandse) romans die gaan over alleenstaande vrouwen en hun kinderwens. Dus: fijn dat het thema in deze boeken een plek kreeg, jammer dat er niet het fraaiste beeld van deze vrouwen wordt neergezet.
(en ken jij andere boeken, laat het me weten!)
Wel solo, niet alleen - over tribe, village en netwerk
'Het lijkt me zwaar om het in m’n eentje te gaan doen? Hóe ga ik dat eigenlijk doen: werken, zorgen, … blijft er nog wel tijd over voor vrienden, sport en hobbies, of voor mezelf? En wat als mijn kind ziek is, of ik het zelf niet meer red…?'
Herkenbare gedachten. En ook realistisch: want als solomoeder zúllen er momenten komen dat het veel is, té veel soms. Dat je je alleen voelt, en de steun van een partner mist.
Gevonden! ...en nu?
Hoe is het, om niet te weten van wie je genetisch (voor de helft) afstamt? En wat verandert er als je op een dag wel oog in oog komt te staan met je genetische ouder(s)? Een Vlaams donorkind vertelt. Over wortels die zich nestelen in vruchtbare aarde, en het opnieuw op zoek gaan.
Beginnen bij het begin
Ruim twee jaar geleden, in de aanloop naar een dag over het omgaan met de donorachtergrond van je (toekomstige) kind, ontdekte ik de ‘Telling and Talking’ uitgaven van Olivia Montuschi.
Nu heeft Fiom een Nederlandse vertaling en bewerking uitgebracht van deze boekjes, onder de titel ‘Beginnen bij het begin. Ouders en kinderen in gesprek over donorconceptie’.
Halina en de kracht van kwetsbaarheid
Hoe kan het toch dat een leuke vrouw als jij geen partner heeft?
Dan wil je zeker niet echt
Dan hecht je te veel aan je carrière
Dan ben je vast te zelfstandig
Of te veeleisend
Of je hebt gewoon niet genoeg je best gedaan…
Een kinderwens? Jij? Maar jij bent toch single…?
'Making Roma' - Alison Rodgers
In Making Roma beschrijft Alison Rodgers haar weg naar het moederschap. Te beginnen bij het naarstige zoeken naar een partner om sámen kinderen mee te krijgen.
En uiteindelijk de keuze om het alleen te gaan doen, inclusief de vervolgzoektocht naar een bekende donor.
Het is een mooi geschreven verhaal, waarin Alison al die gedachten en gevoelens verwoordt die vrouwen in haar situatie tegenkomen. Wat een herkenning. En dan blijkt het niet uit te maken of je in Australië woont, zoals Alison, of aan de andere kant van de wereld in Nederland.
'Nieuwe' gezinnen doen het goed!
Hoe is het voor een kind om op te groeien in een ‘nieuw’ gezin, een gezin dat afwijkt van het traditionele vader-moeder-kind(eren)? Prima, stelt onderzoekster Susan Golombok vast, nadat zij al het beschikbare onderzoek bijeen bracht.
Als je alleen kiest voor een kind, wijk je af van de norm. En dat normgezin met een vader, een moeder en hun (biologisch eigen) kinderen wordt toch nog altijd gezien als de beste basis voor een kind. Maar is dat wel terecht?